Knarsetandend aan de privacy

Soms krijg je complimenten waarvan je je achteraf afvraagt wat je er eigenlijk mee moet. Zo kreeg ik afgelopen week – binnen een paar dagen tijd – de complimenten: “Ik vind het knap hoe jij zo vrolijk blijft bij het opzetten van een privacy programma, ik vind het zo’n @&*Ê&! (censuur) onderwerp!”, “jij maakt iets wat heel vaag is in ieder geval een  beetje concreter”, en “dankzij jou begrijp ik waarom privacy een belangrijk onderwerp is, maar waarom is al dat gedoe eromheen nodig?”

Allemaal complimenten met een dubbele lading. Want naast het vrolijke element in de opmerkingen klinkt ook de negatieve sfeer rondom privacy door. En eigenlijk begrijp ik dat wel. Je kan bijna geen gesprek over privacy voeren zonder dat:

– de woorden ‘wet’ en ‘boete’ worden gebruikt;
– de discussie ontstaat over waarom organisaties alles moeten doen om gegevens te beschermen terwijl mensen zelf ‘alles op Facebook zetten’;
– schouderophalend wordt gezegd dat Google toch al alles van ons weet.

Hoe ik daarmee omga? Ik heb eigenlijk een standaard aanpak. Ik laat eerst het ritueel gemopper uitrazen (indicatie: 5-15 minuten). Daarna spreek ik mensen aan op hun passie: het leveren van goed werk. Iedereen wil kwalitatief goed werk leveren, en de passende omgang met persoonsgegevens is daar eigenlijk altijd wel onderdeel van. Over het algemeen draaien mensen dan bij en zien ze dat de bescherming van persoonsgegevens van klanten of burgers ook iets is waar ze zelf een verantwoordelijkheid in hebben.

In die gesprekken probeer ik zo constructief mogelijk aan te geven wat de bijdrage is van een goede bescherming van persoonsgegevens voor organisaties. Niet met de argumenten ‘het moet, omdat er boetes zijn’ of, ‘het moet omdat er een toezichthouder is die vervelende brieven stuurt’. Maar juist omdat het past bij zorgvuldig handelen, respectvol omgaan met gegevens, en klantvertrouwen.

Schoorvoetend gaat men dan uiteindelijk overstag (9 van de 10). Maar ik heb ook al geleerd dat dit een boodschap is die voortdurend herhaling verdient, omdat in de media nog vaak de nadruk wordt gelegd op negatieve aspecten. En hoe verander je dit? Iemand moet beginnen.

Daarom mijn voorstel: wellicht zou u me kunnen helpen en wilt u ook de noodzaak voor privacy constructief benoemen. Samen kunnen we dan de negatieve beeldvorming draaien die rondom privacy hangt.

Dan worden misschien die complimenten ook wat beter!